HALLE - Kindergraven blijven nog 10 jaar onaangeroerd

Ingezonden foto

Enkele weken geleden stuurde de stad Halle een reeks standaardbrieven naar nabestaanden van overledenen kinderen die begraven werden op de begraafplaatsen van Lembeek en Buizingen, met de aankondiging van een perkontruiming. Dit heeft voor veel onrust gezorgd. Het schepencollege is op zijn beslissing teruggekomen. De graven van de kinderen blijven nog 10 jaar onaangeroerd

De beslissing tot het ontruimen van de kindergraven werd op 27 mei 2014 door de gemeenteraad genomen op basis van het gegeven dat de Halse begraafplaatsen kampen met plaatsgebrek. Het ontruimen van de graven is noodzakelijk om nieuwe begravingen in de toekomst mogelijk te blijven maken.

De verstuurde brieven waren echter standaardbrieven die uit een softwarepakket dat de begraafplaatsen beheert worden afgedrukt, en daarom onpersoonlijk opgesteld. Deze brieven veroorzaakten verontwaardiging bij de nabestaanden, omwille van inhoud en toon.

De stad bood dan ook in een schrijven naar de betrokken nabestaanden haar oprechte excuses aan voor de onpersoonlijke formulering. De stad zal de bewoordingen van de standaardbrief aanpassen.

De stad stuurde ook haar oprechte verontschuldigingen naar enkele nabestaanden die ten onrechte een dergelijke brief ontvingen.

Bij een overlijden kunnen nabestaanden opteren voor een graf zonder concessie. Dat is een graf dat de stad gedurende 10 jaar gratis aanbiedt. Na die 10 jaar kan het graf ontruimd worden als daar noodzaak toe is. Een andere optie is de keuze voor een graf met concessie: de concessie geldt voor 20 jaar en is onbeperkt verlengbaar. Deze concessie brengt een kostprijs van 200 euro met zich mee voor een kinderperk.

Tot enkele jaren geleden werden de graven zonder concessie niet ontgraven, ongeacht of het al dan niet een kindergraf betrof. Door plaatsgebrek op de begraafplaatsen werd de stad echter genoodzaakt om te starten met het ontgraven van de niet-geconcedeerde graven. Bij een perkontruiming kunnen nabestaanden alsnog opteren voor een concessie van 20 jaar, met een kostprijs van 200 euro in het geval van een kinderperk. Omdat een begraafplaats is ingedeeld volgens soorten concessie, moet het graf dan verplaatst worden naar een perk voor geconcedeerde graven, en dit brengt een kost met zich mee van 1000 euro, die de kosten van de herbegraving moeten dekken.

De stad ontving een aantal reacties van nabestaanden, waaruit bleek dat veelal voor de optie van een 10-jarig niet-geconcedeerd graf werd gekozen op basis van de informatie die door begrafenisondernemers werd verstrekt. Deze informatie bleek echter niet altijd correct: er werd gesteld dat kindergraven nooit ontruimd worden. Gezien het gegeven dat dit in het verleden daadwerkelijk nog nooit gebeurd was, kan de stad enig begrip opbrengen voor deze foutieve communicatie tussen begrafenisondernemers en nabestaanden van de overledene.

Deze informatie die we van de nabestaanden kregen, samen met het feit dat het herbegraven van een overleden kind voor de nabestaanden emotioneel zwaar weegt en voor velen als onverwachts vroeg werd ervaren, werd door het college van burgemeester en schepenen meegenomen bij een nieuwe bespreking over de uitvoering van de gemeenteraadsbeslissing van 24 mei.

Tijdens deze bespreking, die vrijdag laatstleden plaatsvond, werd beslist om de uitvoering van de herbegraving uit te stellen en de betrokken graven de komende 10 jaar onaangeroerd te laten op het huidige perk. Voor nabestaanden die dus alsnog voor een concessie van 20 jaar opteren, betekent dit dat de herbegraving, die nog steeds noodzakelijk zal zijn omwille van het plaatsgebrek, pas binnen 10 jaar zal gebeuren aan de dan geldende tarieven. Nabestaanden die beslissen geen concessie aan te gaan, krijgen de garantie dat het graf de facto nog 10 jaar behouden blijft, maar nadien wel definitief ontgraven wordt.

Voor graven waarvan we geen beslissing ontvangen wordt op korte termijn (na afloop van de beslissingstermijn van 1 jaar) ontgraven.

Door deze modaliteiten in de uitvoering van de beslissing aan te passen hoopt de stad tegemoet te komen aan het leed dat de beslissing tot ontgraven met zich mee heeft gebracht, in acht nemend dat toekomstige begravingen mogelijk moeten blijven.

De betrokken nabestaanden werden ingelicht over deze gewijzigde modaliteiten.