DILBEEK - 28 serviceflats officieel ingewijd

Editiepajot_dilbeek_opening_serviceflats_foto_gerrit_achterland

OCMW-voorzitter Luc De Backer onthulde samen met burgemeester Stefaan Platteau de gedenkplaat. - Foto's © Gerrit Achterland

Foto © Gerrit Achterland

Het OCMW en het gemeentebestuur van Dilbeek hebben de 28 serviceflats op de site van Breugheldal officieel geopend. OCMW-voorzitter Luc De Backer beet de spits af en onthulde samen met burgemeester Stefaan Platteau de gedenkplaat. Het totale project betreft vijftig serviceflats. In een tweede fase volgend jaar worden nog eens 22 serviceflats gebouwd. De OCMW-voorzitter bracht even de geschiedenis van dit dossier in herinnering.

Alles startte op 26 augustus 2002 toen OCMW en gemeentebestuur overleg pleegden over de verbouwing en uitbreiding van Breugheldal. De gemeente engageerde zich toen jaarlijks 200.000 euro opzij te zetten om mee in de investeringskost te delen. Tot vandaag heeft de gemeente 1,2 miljoen euro geïnvesteerd in dit project dat volgend jaar nog zal groeien. Met nog niet alle facturen in de hand, kost een flatje gemiddeld 153.600 euro.

OCMW-voorzitter Luc De Backer huldigde ook het architecten- en ingenieursbureau met een bijzondere vermelding voor architect Marc Vermeulen en zijn ploeg. Dexia, nu Belfius, kreeg ook een open doekje voor de financiering van het project. Daarnaast had de OCMW-voorzitter nog lovende woorden voor de aannemers en vooral de OCMW-medewerkers zonder wie dit project niet tot een goed einde zou zijn gebracht.

De voorzitter keek ook even in de toekomst. “Als OCMW-voorzitter en ik weet en voel mij daarbij gesterkt door de collega’s leden van de Raad, beloof ik dat we in de volgende legislatuur samen met een gemotiveerde groep medewerkers/ambtenaren verder werk zullen maken van de uitbreiding en verbouwing van ons woonzorgcentrum. Deze plannen zijn trouwens al grotendeels uitgetekend tot 2018. Daarnaast maar niet minder belangrijk wacht ons de grote uitdaging om de ouderen in hun thuissituatie te behoeden voor vereenzaming en zorgtekorten maar nog meer ook de ouderen die in de armoede leven of belanden in staat te stellen een leven in kwaliteit te blijven leiden, al dan niet in een thuisvervangend milieu.

Demografisch

Burgemeester Stefaan Platteau dankte in zijn toespraak al wie aan dit dossier heeft meegeholpen van ambtenaar tot ondernemer. Hij ging even dieper in op de demografische ontwikkeling van Dilbeek. “We kunnen en mogen de rol van de lokale overheid in de ouderenzorg niet onderschatten. In de volgende beleidsperiode (2013-2018) zal de bevolkingsgroep van de “ouderen” een kwart van de Dilbeekse bevolking uitmaken. Dit wil dus zeggen dat deze grote bevolkingsgroep (1 op 4 Dilbekenaren) aan de ene kant in principe niet meer deelneemt aan het economisch productieproces en aan de andere kant het gewone inkomen van deze bevolkingsgroep bestaat uit hun “pensioen” eventueel aangevuld met de opbrengst van hun “spaargeld”. Als burgemeester en lokale beleidsvoerder kijk ik soms met een bang hart naar de toekomst.

Lokale beleidsvoerders moeten er zich van bewust worden dat de grote groep van oudere inwoners in verhouding minder zal bijdragen tot de fiscale inkomsten van de gemeente, en meer vragen zal stellen naar ondersteuning, zorg en verzorging. Tegelijkertijd zullen we meer druk gaan leggen op de werkende generatie ,zij zullen immers meer welvaart moeten creëren voor een grotere groep burgers die direct of indirect via de sociale zekerheid of de belastingopbrengsten worden ondersteund. Dit is een aspect waar we ook als lokale politicus bezorgd over moeten zijn, maar laat ons ook een hoopvolle boodschap ontdekken. Ik heb al meermaals benadrukt dat de burgervader en de lokale politicus in het algemeen een beetje de rol van biechtvader, relatiebemiddelaar en therapeut tegelijk vervult.

Veel te vaak komen er ook vanuit onze lokale samenleving berichten van vereenzaming en gebrek aan sociale contacten. Ik denk dat dit de grote groep van ouderen een opportuniteit biedt om ,zoals de zanger Herman Van Veen ze bezingt, “de grootste ziekte van deze tijd …doodgewone eenzaamheid” te bestrijden.

Seniorenraad

Door onvoorziene omstandigheden kon de voorzitter van de Seniorenraad niet aanwezig zijn op de opening van de serviceflats. Zijn toespraak werd voorgelezen door Hermine Knaepen en Margaretha Dedobbeleer. Claikens plaatste dit project in een bredere Dilbeekse context.

“Op iets meer dan 40.000 inwoners telt men in Dilbeek nagenoeg 8.500 senioren, of 65-plussers…dit is 21,25% van de Dilbeekse bevolking. (waar men vroeger vanaf 60 jaar als senior werd aanzien, is dat sedert het nieuwe decreet, vanaf 65 jaar). De invulling van de vrijgekomen tijd en de beantwoording aan de behoeften van deze groep senioren verschilt van persoon tot persoon.

Een opdeling kan ons helpen bij het bepalen van concrete en efficiënte actieplannen.

1° Aangenomen wordt dat voor ongeveer 7,5% van de 65-plussers, plaats zal moeten voorzien worden in een woonzorgcentrum. Voor Dilbeek betekent het dat de huidige 612 woongelegenheden zullen moeten groeien naar 677 in 2018.

In de volgende zes jaar zal men dus een 65-tal bijkomende woongelegenheden moeten voorzien (“woongelegenheden” is de nieuwe juistere omschrijving voor hetgeen men vroeger “bedden” noemde). Deze groei zal moeten afgesproken en gerealiseerd worden tussen de zeven woonzorgcentra in Dilbeek, die elk hun eigen doelgroep hebben, “naar godsdienst en vermogen” zoals men dat pleegt te zeggen. Het is ook aanbevolen dat bij de voorziening van die woongelegenheden rekening gehouden wordt met voldoende spreiding over het ganse grondgebied van de gemeente.

2° Ongeveer 30% van de groep senioren, 2.500 op dit ogenblik, zal behoefte hebben aan zorg of hulp; dit kan gaan van beperkte hulp tot intensieve verzorging. Men schat dat deze groep in de komende acht jaren zal groeien tot 2.750. Voldoende aandacht zal bijgevolg moeten gaan naar aangepaste dienst- en zorgprojecten voor iedereen in die groep, zowel voor senioren die nog thuis wonen als voor hen die reeds een serviceflat betrekken. Bepaalde criteria zullen zelfs moeten worden verfijnd om die zorgverlening te verruimen en open te stellen voor iedereen …. arm en rijk

3° Gelukkig zal het grootste gedeelte der 65-plussers, nog vrij en zelfstandig, zonder enige tussenkomst, kunnen bepalen wát zij wannéer, wáar willen doen: we schatten die groep op ongeveer 5.200 of 62,5%. Zij “zappen” van het ene aanbod naar het andere en bepalen dan zelf hun keuze met betrekking tot wonen, cultuur, reizen, ontspanning, verenigingsleven…en laten we zeker het vrijwilligerswerk niet vergeten.

Zowel de publieke, semipublieke als private instellingen en organisaties in de maatschappij zullen voor de uiteenlopende behoeften ook bij deze eveneens groeiende groep, een passend aanbod op maat en naar vermogen moeten uit te werken.

4° Doorheen de drie voormelde groepen van senioren zal zeer speciale aandacht moeten blijven gaan naar:

- De ongeveer 5% senioren (420) die in armoede leven

- En naar de ongeveer 900 alleenwonende senioren

Dit zijn de moeilijkst te bereiken groepen… want het staat niet op hun voordeur geschreven en nochtans dreigen deze senioren totaal geïsoleerd te geraken. Voor ál die senioren wordt bijzondere aandacht gevraagd

- Bij het gemeentebestuur, en vooral de diensten die zich bezig houden met huisvesting, welzijn, sociale zaken en preventie.

- Bij het OCMW en in de verschillende RVT’s

- In de seniorenverenigingen en groepen van gepensioneerden

- Bij de cultuurhuizen

- Bij de dienstencentra e.a.

Onze Seniorenraad zal op basis van onderzoeken of vaststellingen bij het seniorenpubliek, de gepaste aanbevelingen blijven doen voor álle senioren, zowel op sociaal, cultureel en sportief vlak als op vlak van verenigingsleven en vrijwilligerswerk.

Wij hebben trouwens een voorstel tot Seniorenbeleidsplan voor de jaren 2013 tot 2019 uitgewerkt en bezorgd aan alle instanties en politieke partijen opdat niet alleen hun propaganda maar ook hun inzet “senioren inbegrepen” zou zijn.

Samengevat zijn er drie concrete actiepunten voor de volgende jaren:

- Woonzorgcentra, voldoende gespreid in Dilbeek, voor ongeveer 700 senioren

- Aangepaste zorg- en dienstverlening voor ongeveer 2.750 Dilbeekse senioren die nog thuis of reeds in serviceflats wonen

- Voor de overige 5.000 senioren gevarieerd sociaal, maatschappelijk, cultureel, sportief en verenigingsaanbod en motivatie om zich als vrijwilliger ten dienste te stellen van de anderen’’, aldus de toespraak van Juul Claikens.