HALLE werft jeugdopbouwwerker aan
Halle investeert in de aanwerving van een jeugdopbouwwerker. Hiermee versterkt de stad haar sociale betrokkenheid bij de meest kwetsbare jongeren, die meer en betere kansen krijgen.
Een jeugdopbouwwerker brengt de behoeften van de meest kwetsbare jeugd in kaart, is eenaanspreekpunt voor hen en vormt een belangrijke brugfiguur tussen de jeugd, stadsdiensten, hulporganisaties en verenigingen. Op die manier wil het bestuur bepaalde groepen uit de jeugd meerkansen geven en beter begeleiden. De jeugdopbouwwerker zal zich dus toeleggen op het sociale aspect van de lokale jeugd.
De aanwerving gebeurt via een externe partner, die de jeugdopbouwwerker mag aanleveren. De stad kiest voor de samenwerking met een externe partner omdat deze de vereiste kennis en expertisedaarvoor heeft. De jeugdopbouwwerker zal voltijds in dienst zijn. De stad schreef een opdracht uit voor drie jaar, waarna een evaluatie volgt. Deze aanstelling is volledig gesubsidieerd met de middelen die de stad ontvangt in het kader van haar centrumfunctie.
Vanuit de oppositie kwam enkele vragen zoals: voeg een lijst toe van alle plaatsen waar deze jeugdopbouwwerker zal actief zijn; hoe ben je zeker dat er geen conflict komt met andere organisaties en waarom kunnen buurtwerking en Habbekrats dit niet op zich nemen?; hoe wordt de opbouwwerker geëvalueerd? En waarom wordt er niet elk jaar over al het jeugdbeleid gerapporteerd?
Een lijst toevoegen van plaatsen waar hij zou actief zijn is volgens schepen Poté net het omgekeerde van wat Ze beogen! Hiermee wordt de opdracht van de opbouwwerker serieus beperkt. De opbouwwerker moet over het hele grondgebied inzetbaar zijn. Plekken waar jongeren zijn en "rondhangen" veranderen, dus we moeten daarop kunnen inspelen. Een lijst toevoegen dat het werkingsgebied bepaalt, beperkt de jeugdopbouwwerker en is dus een stap terug.
Buurtwerking is lokaal verankerd en kan dus niet overal werken. Habbekrats heeft ook een heel specifieke werking vanuit hun locatie. Schepen Poté: “Wij willen met de opbouwwerker veel verder gaan dan wat deze organisaties nu al doen en ons beleid dus uitbreiden. De coördinatie van alle werkzaamheden gebeurt vanuit de jeugddienst en de stuurgroep rond de opbouwwerker, waar zowel ambtenaren, politici als mensen vanop het veld aan participere”..
Wat de evaluatie betreft zegt de schepen: “Zoals dat bij andere ambtenaren ook gebeurt: door de directe leidinggevende en door de stuurgroep. Na drie jaar volgt een globale evaluatie van het PROJECT, maar de opbouwwerker zelf wordt natuurlijk vaker geëvalueerd. Dat gebeurt wel, nl. via de jaarrekening en de toelichting bij de Strategische Meerjarenplanning. De collega vroeg naar een jaarverslag, maar de wetgeving voorziet sinds 2014 dat dit niet meer bestaat... Beetje pijnlijk dus om dat toch nog te vragen, maar bon, niet iedereen kan alle wetgeving kennen, zeker?”
De prioriteiten met deze beslissing zijn: Kwetsbare jongeren beter leren kennen en hen meer kansen geven door hen actief te versterken; een meer toegankelijk vrijetijdsaanbod maken voor kwetsbare jongeren; het vrijetijdsaanbod eventueel uitbreiden op hun maat en ruggen slaan tussen bestaande én nieuwe werkingen en kwetsbare jongeren
