HERNE - Brainstormen over de korte keten van morgen
HERNE - Brainstormen over de korte keten van morgen - © Deschuyffeleer
HERNE - Brainstormen over de korte keten van morgen - © Deschuyffeleer
HERNE - Brainstormen over de korte keten van morgen - © Deschuyffeleer
Als UGent-onderzoeker organiseerde dr. ir. Frank Nevens in het Dominicanessenklooster een ‘verbindingsdag korte keten’. Centraal daarbij stond het werk van een aantal UGent-masterthesisstudenten die voorgaand academiejaar werk maakten van het thema rond meer lokaal verankerde landbouw in het Pajottenland en dit in een sterke relatie tot de grote en nabijgelegen markt die Brussel is. Het ging hierbij niet enkel om Herne maar minstens ook om de zeven gemeenten die samen het Pajottenlands Leader-gebied vormen. De insteek was dan ook onderzoek te verrichten naar een sterkere lokale verankering van de landbouw in de streek en het opschalen van de bestaande initiatieven rond de ‘korte keten’. Die studenten waren Hanna Schelfaut, Mele Vanderveken, Pauline Cammaert, Colette De Smet, Laetitia Vandevelde, Joke Verstraeten, Cato Kiekens en Eli Van Parys.
Hernenaar dr. ir. Frank Nevens is doctor-assistent aan de faculteit bio-ingenieurswetenschappen van de Gentse universiteit. Hij doceert er aan masterstudenten over duurzame productiesystemen in landbouw en voeding evenals over geïntegreerde analyses van concrete landbouwbedrijven. Hij combineert zo onderwijs en onderzoek over lokaal verankerde landbouw- en voedselnetwerken.
Een sterke relatie met hoofdstad Brussel
In het Dominicanessenklooster had Frank Nevens derhalve afspraak met vertegenwoordigers en actoren die samen hun steentje wensen, kunnen en willen bijdragen tot de uitbouw van een constructie en een netwerk die kunnen leiden en bijdragen tot een meer substantiële betekenis van lokaal verankerde landbouw en korte keten-voedingsconsumptie in de streek en dit alvast in een sterke relatie met hoofdstad Brussel. “Ook in het Pajottenland verminderen de landbouwbedrijven immers voortdurend in aantal en de resterende worden alsmaar groter in omvang. Die leveren dan bulkproducten aan een anonieme wereldmarkt die ze zelf niet kennen en waarbij economisch overleven ook al geen evidentie is. En dat terwijl er vlakbij een potentieel enorm grote markt is waar – in rechte lijn - nagenoeg niets wordt mee gedaan. In Brussel zelf borrelt dan weer heel wat dynamiek op die gezonde, bio en lokale voeding hoog in het vaandel draagt”, duidt Frank het opzet van de studiedag.
De workshop mocht alvast rekenen op een 70-tal deelnemers met een brede interesse in de dynamiek van 'Pajottenlandbouw’ en die daarbij ook nog allen de overtuiging van een mooi potentieel delen. Zo waren er vertegenwoordigers van de streekorganisaties met onder meer Pajottenland+, het Regionaal Landschap Pajottenland en Zennevallei, de Landelijke Gilden, Pro-Natura evenals de Flieter- en de Heetveldemolen. Vanuit de overheden werd de aanwezigheid opgetekend van het Vlaamse departement Omgeving, de Vlaamse Landmaatschappij, de departementen Landbouw en Economie van de stad Brussel, de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Oost-Vlaanderen, de stad Gent, de gemeente Roosdaal en uiteraard ook de gemeente Herne zelf. Het segment producenten dan weer was vertegenwoordigd door Ecodal (Lennik/Pamel), Pajottenlander (Pepingen) en Boerenmarkt (Gaasbeek). En tenslotte waren er ook afgevaardigden van de Voedselteams, Oxfam-Wereldwinkels en als thuisspeler en Hernse partner de vzw MeeGaan.
Tijd voor daadwerkelijke realisaties
Frank Nevens: “Ik ben heel tevreden met de workshop en de respons die er aan gegeven werd. Tot dusver beschikten wij over een virtueel bestand van een 60-tal dynamische vorsers. Dat bestand heeft vandaag een flinke boost gekregen. Gezien er zoveel mensen op een zaterdagmorgen tijd maken om te brainstormen over de korte keten-onderneming, betekent dat er goesting voor is en dat het stadium van het gedragen zijn door enkel idealisten tot de voltooid verleden tijd behoort.
Iedereen is het er over eens: korte keten-handel leeft en het is thans het moment om zich verder in te zetten om te komen tot daadwerkelijke realisaties waarbij zowel producenten als verbruikers bij te winnen hebben. Hierbij vallen dan ook de vragen hoe kunnen we ervoor zorgen dat er een efficiënte verbinding komt tussen boer en consument, tussen het landelijke Pajottenland en de wereldstad Brussel. Hoe kan het Pajottenland zijn rol als groentetuin van Brussel terug opnemen en hoe kunnen we er toe komen om duizenden consumenten te voorzien van duurzaam eten geteeld in eigen regio? Welke stappen zijn er nodig om de bestaande projecten te professionaliseren en/of te ondersteunen en hoe kunnen we een doeltreffend productie-en verkoopsysteem opbouwen om op termijn te resulteren in een bijzonder mooi verhaal, zowel op sociaal, economische als op ecologisch vlak? En wat kunnen we samen doen om het verhaal van lokaal verankerde landbouw en voeding in onze streek sterker en prominenter te maken?”
Foodhub 't Goed Eten
“Dat ’t Goed Leven is in ’t Groene Kwadrant, daar is intussen iedereen wel van overtuigd. Dat ’t Goed Eten wordt in ’t Groene Kwadrant, ook dat wordt heel kortelings overduidelijk.
De werkzaamheden in het Dominicanessenklooster vorderen immers goed en de vzw MeeGaan is er bijna klaar voor”, geeft Frank Nevens bijzonder enthousiast aan over de concretisering van het project in Herne. “De initiatiefnemers van ’t Goed Eten willen samen met zoveel mogelijk partners een knooppunt van ontmoeting en verbinding uitbouwen in een bijgebouw van het gemeenschapscentrum in het Dominicanessenklooster.
De activiteiten van de op stapel staande food hub zijn alle gericht op gezonde en duurzame voeding, in het bijzonder op basis van producten van de lokale korte keten. De beoogde activiteiten zullen een vooral sociale insteek hebben en gebeuren met zeer belangrijke betrokkenheid van mensen met een mentale beperking of van andere minderkansengroepen. In eerste instantie zal MeeGaan vzw er een bakkerijtje, een kleine winkel voor brood en een aantal andere lokale voedingsproducten runnen. Daarna zou de hub nog aangevuld worden met een bistro met drinks en snacks, met een micro-brouwerij en een smakenatelier en met werkwinkelruimtes voor bakken en koken, verwerken en bewaren van lokaal geteelde voedingsproducten. De grote kloostertuin is daarbij een vanzelfsprekend sluitstuk voor al de verschillende activiteiten. ’t Goed Eten wil voor elk van de beoogde bezigheden samenwerken met andere producenten van voeding uit Herne of de nabije omgeving. ’t Goed Eten wordt dan ook beslist een verrijking voor de lokale economie, de gemeente en haar omgeving”.
23 mrt 2019
Godelieve Deschuyffeleer
© Deschuyffeleer
Terug