REGIO - Pajotten bouwen verder aan dynamische regio
‘Inclusief Pajottenland’, ‘Duurzame energiekansen voor het Pajottenland’ en ‘Bruegelbrood, molens en landschap’. Aan deze projecten wordt vanuit de plattelandswerking van Pajottenland+ samen 580.000 euro toegekend om de regio te versterken. De uitvoering gebeurt in de gemeenten Bever, Galmaarden, Gooik, Herne, Lennik, Pepingen en Roosdaal.
‘Inclusief Pajottenland’ is een samenwerking tussen Zonnelied, Sint-Franciscus en Pajot Begot, alle drie uit Roosdaal. Samen willen ze een aantal zaken uitrollen over de gemeenten van de Pajottenland+-regio. Ze werken via een nieuw netwerk aan kleinschalige sociaaleconomische initiatieven en betrekken horeca, recreatie en toerisme. Streekidentiteit en Pajotse producten krijgen hierbij de nodige aandacht.
‘Duurzame energiekansen voor het Pajottenland’ is een vervolgproject van Kyoto in het Pajottenland en wordt op de kaart gezet door Pajopower, De Paddenbroek en het Innovatiesteunpunt. Ze willen tot een energiewende komen in de regio. Dit zullen ze realiseren via de energiecoöperatie met de inwoners uit de regio. De focus ligt op energiebesparing en hernieuwbare energie. Zo komt er op de Mark een proefproject rond waterkrachtenergie.
Het project ‘Bruegelbrood, molens en landschap’ is een samenwerking tussen het Regionaal Landschap, de Erfgoedcel en de Heetveldemolen. In de Heetveldemolen worden een aantal werken uitgevoerd om bezoekers te ontvangen. De andere partners zullen inspelen op een aantal streekaspecten zoals molens, bakovens, landschap en de Mark. Het is de bedoeling om de acties zoveel mogelijk over de zeven gemeenten uit te rollen.
“Dankzij de steun van Europa, Vlaanderen en de provincie Vlaams-Brabant kan het Pajottenland deze Leaderprojecten opstarten”, zegt Michel Doomst, voorzitter van Pajottenland+. “We moeten onze landelijkheid niet alleen behouden, maar versterken. Mensen moeten meer dorpsbouwers worden. We hopen dan ook op een grote betrokkenheid bij de projecten. Verdorping is een essentieel onderdeel van ons werkveld, samen met het versterken van onze leef- en beleefstreek. Onze open ruimte vormt daarbij een Vlaams-Toscaanse troef die ze elders niet hebben.”