REGIO - 19 scholen krijgen gunstig advies voor programmatie buitengewoon basisonderwijs en secundair onderwijs
Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits geeft 19 extra scholen een gunstig advies om hun programmatie buitengewoon basisonderwijs of buitengewoon secundair onderwijs uit te breiden. Met deze programmaties (die ruimer zijn dan enkel type 9) komt er een betere geografische spreiding van het aanbod in diverse types van het buitengewoon onderwijs. Leerlingen zullen minder lang op de bus moeten zitten omdat er dichter bij hun woonplaats een aanbod komt.
Scholen voor buitengewoon onderwijs die voor het schooljaar 2017-2018 een nieuw type en/of nieuwe opleidingsvorm willen aanbieden, moesten voor 30 november 2016 hun programmatieaanvraag bij het Agentschap voor Onderwijsdiensten indienen. Nu krijgen in totaal 19 scholen een gunstig advies.
Voor het buitengewoon basisonderwijs krijgen 9 scholen een gunstig advies, voor het buitengewoon secundair onderwijs krijgen 10 scholen een gunstig advies. De scholen werden beoordeeld op basis van de leefbaarheid en de noodzaak van het voorstel, de expertise die voorhanden is, de begeleidingsmogelijkheden, de spreiding van het bepaald type onderwijs in de regio, de professionalisering van het personeel en de vereiste infrastructurele en materiële voorzieningen.
Na een grondige screening krijgen volgende basis en secundaire scholen de toestemming om vanaf volgend schooljaar type BA, type 2, type 3, type 4 of type 9 te organiseren:
Voor onze streek is dat in het Buitengewoon basisonderwijs GO! BSBO Lentekind, Karel Keymolenstraat 35B, 1750 Lennik type 3.
Voor het Buitengewoon secundair onderwijs: Gemeentelijke Buso-school ’t Schoolhuis, Schoolstraat 11, 1745 Opwijk, type 9 in opleidingsvorm 3;
Elk dossier werd geadviseerd door AgODi (het Agentschap voor Onderwijsdiensten), de Onderwijsinspectie en de Vlaamse Onderwijsraad.
Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits: “Door de goedkeuring van deze 19 aanvragen van scholen buitengewoon onderwijs verspreid over Vlaanderen, hebben we vooral een betere geografische spreiding van het aanbod in diverse types voor ogen. Daardoor zullen kinderen minder lang onderweg zijn naar school omdat er dichter bij hun woonplaats een aanbod komt. In de helft van de scholen gaat het om een aanbod van het nieuwe type 9, voor kinderen met autisme. Deze uitbreiding sluit aan bij het strategisch plan autisme van collega Jo Vandeurzen.”
