Weinig interesse in zonnepanelen in de Vlaamse Rand
Om de 2020-doelstelling voor hernieuwbare energie te halen, moest de Vlaming na het stopzetten van de dure biomassacentrales een stevig tandje bijsteken. De gemeenten die koploper waren nemen meer afstand en de verschillen worden groter. De ontwikkeling is eens zo opvallend in de Vlaamse Rand. Dat stelt Vlaams Volksvertegenwoordiger Willy Segers (N-VA) op basis van de cijfers die collega en energiespecialist Andries Gryffoy (N-VA) opvroeg.
In 2017 werd, behalve in Herstappe en Linkebeek overal geïnvesteerd in PV-panelen.
Zonnepanelen blijven een plattelandsfenomeen, al blijven de gemeenten in de Vlaamse Rand serieus achter.
Faciliteitengemeente Drogenbos is met 23 kW de slechtste leerling van de klas. In zowat alle gemeenten in de Vlaamse Rand is het zoeken naar zonnepanelen. Van de 10 gemeenten die het slechtst scoren, liggen er 9 in Vlaams-Brabant. Van die negen liggen er maar liefst 7 in de Vlaamse Rand. Opvallend: 5 van de 6 faciliteitengemeenten in de Vlaamse Rand bevinden zich bij de tien slechtst scorende gemeentes, terwijl de zesde amper beter scoorde.
Vlaams volksvertegenwoordiger Gryffroy stelt dat voor grote steden de lage investeringsgraad vooral te wijten is aan het feit dat lang niet iedereen een eigen dak heeft. De vele appartementen spelen daar een rol.
“Voor verschillende randgemeenten gaat dat argument evenwel niet op. Hier gaat het veelal om residentiële wijken, waar een eigen dak of financiële mogelijkheden minder een rol spelen,” aldus Vlaams Volksvertegenwoordiger Willy Segers (N-VA). Segers vermoedt dan weer dat het eerder om het esthetische aspect is dat men besluit geen zonnepanelen aan te schaffen.
“De energiebesparing is geen financiële noodzaak. Het esthetische weegt op tegen het mogelijke voordeel dat te halen valt uit de investering,” meent Segers.
