NINOVE - Fabeltasite en omgeving krijgt nieuwe invulling
De Provincie en de stad Ninove slaan de handen in elkaar voor de opmaak van een ontwikkelingsvisie voor de voormalige Fabeltasite en haar ruime omgeving. Het studiegebied wordt begrensd door de Koning Boudewijnlaan, de Brusselsesteenweg, de Brusselstraat en de Dender. In een reeks van vier interviews belichten we de aanleiding van de studie en diverse thema’s die meegenomen worden in de totstandkoming van een vernieuwend en ambitieus plan. Het eerste gesprek vindt plaats tussen gedeputeerde voor ruimtelijk beleid Geert Versnick en schepen van openbare werken Henri Evenepoel. Zij lichten toe waarom dit project belangrijk is voor Ninove én voor de Provincie.
Geert Versnick: “De Fabeltafabriek Ninove sloot in 2005 de deuren. Dit was een zware opdoffer voor de stad Ninove en de 176 medewerkers van het bedrijf. Sindsdien ligt de site er verlaten bij. De Provincie ziet het als haar taak om impulsen en ondersteuning te geven aan het ruimtelijk beleid van de steden en hoopt met deze studie dit te kunnen ondersteunen.”
Henri Evenepoel: “Het schepencollege was uiteraard meteen bereid om mee te stappen in een nieuw verhaal voor de invulling van de site. Dergelijk project kan een antwoord bieden op verschillende vraagstukken waar wij als stad vandaag mee geconfronteerd worden zoals: hoe geven we invulling aan leeggevallen plaatsen, hoe kunnen we boeiende leefomgevingen creëren en hoe kunnen we als stad aantrekkelijk zijn voor bedrijven en handelaars.”
Wie wordt er betrokken in dit proces?
Geert Versnick: “De Provincie neemt het voortouw inzake de opmaak van de ontwikkelingsvisie. Hiervoor werd een oproep gelanceerd waarop diverse ontwerpbureaus hun plan van aanpak konden voorstellen. Uiteindelijk werd gekozen voor het team onder leiding van Maat Ontwerpers om de opdracht uit te werken.
Behalve de opmaak van een visie voor de site werden ook voorwaarden gesteld aan het verloop van het proces. Op en rond de site komen immers verschillende partners aan bod, denk maar aan Waterwegen en Zeekanaal NV, de POM, de eigenaars van het terrein en diverse adviesraden, die elk een eigen specifieke visie hebben op de omgeving en het te ontwikkelen gebied. Daarnaast gaat er ook belangrijke aandacht uit naar de bewoners van de omgeving en de stad Ninove.”
Henri Evenepoel: “Uiteraard mochten onze bewoners niet ontbreken in dit proces. Zij hebben vanuit hun dagelijkse ervaring met de omgeving een belangrijke bijdrage te leveren. Om dit te realiseren zijn reeds de eerste stappen gezet. Zo vond er begin juli een workshop plaats met verschillende verenigingen om na te gaan hoe we samen de site leven kunnen inblazen tijdens één van onze grote evenementen: Ninove Autovrij op 20 september. Dit geeft ons de kans om de site eens op een andere manier in het daglicht te stellen en te laten beleven. We zullen die dag ook informatie geven over de stand van zaken aan de hand van een infomarkt.”
Waar hopen jullie dat het project naartoe gaat?
Henri Evenepoel: “Ik kijk uit naar een ontwikkelingsvisie, die ervoor zorgt dat de mogelijkheden van de site duidelijk worden. Voor mij lijkt er een belangrijke rol weggelegd voor wonen, zorg en werken in een vernieuwende omgeving als deel van de stad. Uiteraard ben ik ook benieuwd hoe de visie omgaat met het landschap. De site ligt momenteel deels in een signaalgebied en heeft in het verleden reeds met overstromingen moeten afrekenen. Dit kunnen we zien als een bedreiging maar het kan ook een opportuniteit vormen indien het geïntegreerd wordt in een gedragen visie. Het signaalgebied is vastgelegd door de Vlaamse regering. Op de precieze grenzen hiervan hebben we geen impact. Hier moet de bevoegde minister nog knopen doorhakken. Wij moeten een visie uitwerken die hiermee rekening houdt.”
Geert Versnick: “De site kan een voorbeeld vormen voor de ontwikkeling van de stad aan het water. Daarom is de plaats die ze krijgt in haar directe omgeving en als deel van de stad zeer belangrijk. Wij bewaken dat hiermee rekening wordt gehouden en zien de site als een volwaardig deel binnen de stad. Tot slot, vind ik het daarom ook belangrijk dat de verschillende partijen intensief betrokken worden in het bijzonder de bewoners. Ook bij hen moet de site opnieuw een plaats veroveren in het hart.”