PAJOTTENLAND - Provinciale fietspaden laten op zich wachten

Jan Laeremans (Vlaams Belang) stelde de provincie Vlaams-Brabant vragen over fietspadsubsidies. Bleek dat de provincie tussen 2000 en 2007 nauwelijks 117 kilometer fietspad heeft helpen aanleggen, of amper 14,6 kilometer per jaar.

Jan Laeremans: “Dat is natuurlijk beter dan niets, maar het blijft toch een mager beestje. En het gaat ook niet meteen in stijgende lijn, want in 2007 werd er slechts 440 meter aangelegd in heel Vlaams-Brabant. We konden ook vaststellen dat er een pak gemeenten helemaal de weg niet vonden naar de provinciale subsidies, zoals mijn eigen gemeente Grimbergen, waarvan je toch zou mogen veronderstellen dat ze hier en daar contacten heeft met de deputatie.

Hij vroeg dan ook aan de deputatie wat de verklaring was van het slechte resultaat en of de deputatie lessen getrokken had uit de resultaten van de voorbije 8 jaar en of ze haar beleid zou bijsturen.

Verder wou hij weten of er actief nagegaan werd welke belangrijke verkeerswegen dringend nood hebben aan een fatsoenlijk fietspad, waarbij men bv gebruik kan maken van het dossier dat de voorbije maanden in het Nieuwsblad is verschenen en op welke manier de deputatie de gemeenten zal benaderen die tot op heden geen gebruik maakten van deze subsidies?

Voor de eerste twee vragen zegde de provincie dat er een ander systeem sinds 2007 is, waardoor de subsidies pas later kunnen worden uitbetaald als het uitvoeringsdossier klaar is. Daardoor is een deel van het krediet doorgeschoven naar 2008. Ze voorzien de komende jaren telkens zo'n 2 miljoen euro.

Verder zegden ze dat ze geregeld vergaderen met de gemeenten en met de gemeentelijke ambtenaren en dat ze vorming geven over de wetgeving inzake ruimtelijke ordening. Zo kunnen ze voorbereid naar een studiebureau stappen.

Gedeputeerde Dekeyser zei ook nog dat de fietspaden langs de grote invalswegen moeten worden aangelegd door het Vlaams Gewest, en dat niet alle verbindingswegen tussen gemeenten deel uitmaken van het provinciaal netwerk en dus vaak niet in aanmerking komen voor provinciale subsidies.