Belg weet genoeg om te beleggen maar durft niet te springen volgens ING

C21

Belg weet genoeg om te beleggen maar durft niet te springen volgens ING

Seedling_growing_on_rocks__kopie_
 

 Nieuw groot onderzoek van ING legt bloot: Gebrek aan zelfvertrouwen en hardnekkige mythes, niet een gebrek aan kennis, houden de Belg van de beurs. Slechts 11% voelt zich een kenner, maar toch haalt een kwart grote onderscheiding voor de beleggingskennis-test.

 
De Belg is verrassend goed geïnformeerd over beleggen, maar een diepgeworteld gebrek aan zelfvertrouwen, gevoed door psychologische mechanismen, houdt hem onnodig aan de zijlijn. Dat is de centrale conclusie uit een grootschalig onderzoek van ING bij 2.000 landgenoten. De studie legt een paradoxale realiteit bloot: terwijl slechts 11% van de Belgen zijn eigen beleggingskennis als ‘goed’ bestempelt, behaalt maar liefst 32% een hoge score op een objectieve kennistest. De échte drempel is dus geen kenniskloof, maar een psychologische vertrouwenskloof die we het ‘beleggers-impostersyndroom’ kunnen noemen.
 
De psychologie van de twijfel: wat gebeurt er in ons brein?
Het onderzoek legt twee fundamentele psychologische mechanismen bloot die de terughoudendheid van de Belg verklaren.
 
Verliesaversie: De belangrijkste drempel is de angst om geld te verliezen, een direct gevolg van verliesaversie. Dit oermenselijke mechanisme zorgt ervoor dat de pijn van verlies psychologisch twee keer zo zwaar doorweegt als de vreugde van winst. De gedachte om €100 te verliezen doet dus dubbel zoveel pijn als de gedachte om €100 te winnen ons plezier bezorgt. Deze asymmetrische emotionele reactie verlamt de besluitvorming. Het zorgt ervoor dat de focus eenzijdig op het risico op verlies ligt, en niet op de zekerheid van koopkrachtverlies door inflatie bij nietsdoen.
Geldtaboe: Omdat we in onze cultuur niet openlijk over geld en beleggingen praten, creëren we een isolement. We kunnen onze eigen (vaak goede) kennis niet toetsen aan die van vrienden, familie of collega’s. Dit gebrek aan open dialoog voedt het gevoel een ‘imposter’ te zijn: iemand die vreest door de mand te vallen en ervan overtuigd is minder te weten dan anderen. De cijfers bevestigen dit: terwijl de kennis objectief hoog is, voelt slechts 11% zich een kenner. Dit taboe verklaart waarom de partner (53%) en de bankier de belangrijkste vertrouwenspersonen zijn; het zijn de enigen met wie we in een veilige ‘financiële biechtstoel’ durven praten.
“Ons hardnekkige taboe om over geld te praten, komt ook in deze studie helaas sterk naar voren. Laat ons hopen dat deze studie Belgen doet inzien dat ze vaak meer weten over geldzaken dan ze zelf denken – en vooral dat niemand álles weet over geld. Dus waarom zouden we bang zijn om vragen te stellen? Iedereen heeft geldvragen. Er niet over praten, is net zoals niet beleggen: een gemiste kans. Deze resultaten geven ons niet alleen stof tot nadenken, maar ook een uitnodiging om het gesprek aan te gaan en onze eigen bekommernissen rond geld bespreekbaar te maken. De angst om dom over te komen, om als hippe jongere of hoogopgeleide fouten te begaan, zorgen dat we niet durven spreken over geld. Maar het is net spreken over geld dat ons geldstress kan verminderen, ons welzijn kan verhogen,” zegt Els Lagrou, experte in financiële educatie en financieel welzijn.
De grote pensioenillusie: vertrouwen in overheidspensioen is een riskante gok
Deze psychologische terughoudendheid staat in schril contrast met een gevaarlijke onverschilligheid over de financiële toekomst. Meer dan een kwart van de landgenoten (28%) is er niet of nauwelijks mee bezig. Nog opvallender: 1 op de 4 (24%) rekent er op dat het wettelijk pensioen zal volstaan om de levensstandaard te behouden.
 
“Deze cijfers zijn een dringende wake-upcall. We zien een vorm van financiële struisvogelpolitiek. Met een wettelijk pensioen dat steeds meer onder druk staat en een inflatie die aan ons spaargeld knaagt, is niets doen simpelweg geen strategie. Je spaargeld laten staan, betekent dat je koopkracht verliest. Het activeren van die spaarpotten via beleggingen is voor veel mensen dan ook een economische noodzaak geworden om hun levensstandaard op lange termijn te beschermen,” stelt Peter Vanden Houte, hoofdeconoom bij ING.
Het onderzoek toont echter een harde realiteit: terwijl er veel gesproken wordt over sparen en beleggen, is er een aanzienlijke groep die de eindjes niet aan elkaar kan knopen. Voor 12% van de Belgen is sparen geen keuze, maar een onmogelijkheid. Dit cijfer is hoger bij vrouwen (14%) en 55-plussers (16%).
 
De beurs is een casino: een mythe gevoed door verliesaversie die meer dan de helft van de Belgen tegenhoudt
De psychologische impact van verliesaversie zien we direct terug in de perceptie van de beurs. De allergrootste drempel is het hardnekkige beeld dat de beurs een gokspel is, een overtuiging die maar liefst 53% van de Belgen deelt. Op de tweede plaats volgt de perceptie van een gebrek aan kennis (64% van de niet-beleggers) en de complexiteit van de markt (42%).
 
“Dit is de mythe die we absoluut moeten doorbreken. Geduldig en gespreid beleggen is het tegenovergestelde van een loterij. Het is een doordachte strategie die net bescherming biedt tegen de waan van de dag. We moeten de switch maken van de ‘get-rich-quick’-mentaliteit naar een focus op stabiele, duurzame groei. De verrassend hoge kennis over de risico’s van crypto – zo weet 74% dat het geen wettig betaalmiddel is – toont aan dat de Belg dat onderscheid wel degelijk kan maken,” zegt Vincent Juvyns, beleggingsexpert bij ING.
Geldexpert Pieter Slegers voegt toe: "Op korte termijn is het risicovol om te beleggen in aandelen, maar op lange termijn is het risicovol om niét te beleggen. De beurs is een van de meest democratische plaatsen om een vermogen op te bouwen en dat kan al vanaf 50 euro per maand."
Vrouwen en mannen leven op een andere financiële planeet.
De financiële verschillen tussen mannen en vrouwen zijn opvallend. Mannen zijn actiever bezig met hun financiële toekomst (39% vs. 28% vrouwen), schatten hun eigen kennis veel hoger in (34% ‘goed’ vs. 15%) en beleggen aanzienlijk vaker (49% vs. 30%). Dit suggereert dat het impostersyndroom bij vrouwen op financieel vlak sterker speelt. Anderzijds geven vrouwen vaker aan niet te kunnen sparen (14% vs. 10%).
 
Ook de taalgrens blijkt een geldgrens. Vlamingen zijn actievere beleggers (47% vs. 30% Franstaligen) en scoren significant beter op de kennisvragen (gemiddeld 6,8/10 vs. 5,7/10). Franstaligen denken vaker dat je veel geld nodig hebt om te beleggen (45% vs. 33%) en dat de beurs een casino is (58% vs. 49%), wat kan wijzen op een sterkere verliesaversie.
 
België belegt op twee snelheden: een grote groep doet al mee, maar 2 op 5 staan nog steeds aan de zijkant door niet te beleggen. “Dit zien wij niet als een probleem, maar als een enorme kans,” aldus Juvyns. “Juist hier ligt een grote groeimarge als we de drempels van zelfvertrouwen kunnen wegnemen en iedereen de juiste begeleiding kunnen bieden.”
 
De financiële biechtstoel: Belg fluistert geldzaken het liefst in het oor van bankier
Een financieel plan begint vaak met een goed gesprek, maar over geld praten blijkt niet overal even vanzelfsprekend. In de zoektocht naar informatie en vertrouwen is een persoonlijk gesprek heilig, en daarbij is de partner de favoriete gesprekspartner voor meer dan de helft van de Belgen (53%). Toch heerst er soms een taboe: in Vlaanderen praat 27% van de koppels ‘heel vaak’ over geldzaken, in Wallonië is dat slechts 18%.
 
Terwijl de bankier een traditioneel vertrouwenspersoon blijft voor alle generaties, zien we tegelijk een nieuwe trend waarbij vooral jongeren hun weg vinden naar digitale gidsen zoals finfluencers, ook al is het algemene vertrouwen in hen nog beperkt.
 
“De enorme voorkeur voor de bankier als vertrouwenspersoon toont aan hoe belangrijk begeleiding is. Mensen willen een klankbord, geen anonieme online goeroe. ING neemt die rol ter harte en investeert daarom via het ‘What The Finance’ Fonds, in samenwerking met de Koning Boudewijnstichting, een half miljoen euro in projecten die de financiële geletterdheid in heel België verhogen,” aldus Juvyns.
De slapende belegger wakker maken: "Begin klein" is de sleutel
Ondanks de koudwatervrees is het potentieel enorm. Twee op de drie Belgen (64%) zetten maandelijks een bedrag opzij en meer dan de helft van de niet-beleggers (54%) zou de stap naar de beurs overwegen als ze met een klein bedrag kunnen beginnen. De mythe dat je rijk moet zijn om te beleggen, wordt door de realiteit tegengesproken: 1 op de 3 huidige beleggers investeert maandelijks minder dan 100 euro. Dit is de perfecte strategie om verliesaversie te omzeilen: door klein te beginnen, wordt het potentiële verlies geminimaliseerd en voelt de stap psychologisch veiliger aan.
 
“De basiskennis is er, de wil is er, en het startkapitaal hoeft geen drempel te zijn. Het is nu zaak om die latente kennis om te zetten in concrete actie. Die eerste, kleine stap is de belangrijkste. Of dat nu met 50 euro per maand is, je 13de maand of een bonus, het begint bij de beslissing om je eigen kennis te vertrouwen en je geld voor jou aan het werk te zetten. De weg van spaarder naar zelfverzekerde belegger is korter dan de meeste mensen denken,” besluit Vincent Juvyns.
 
Delen op FacebookDelen op TwitterDelen op GoogleDelen op DeliciousDelen op DiggDelen op StumbleuponEmail ditMeer...
 
23 jun 2025
marc colpaert
Marc Colpaert
 
 
 
Terug
 

Meer Nieuws

marc colpaert | 19 jun 2025
Commerciƫle partners, advertenties en vacatures
marc colpaert | 23 mei 2025

archief