HERNE - Nu ik de nacht in moet met zoveel vragen… Maurits van Liedekerke

C21

HERNE - Nu ik de nacht in moet met zoveel vragen… Maurits van Liedekerke

Van_liedekerke_gedicht
HERNE - Nu ik de nacht in moet met zoveel vragen… Maurits van Liedekerke - © Deschuyffeleer
 

De jongste weken groeit het aantal gedichten met een hoog corona-gehalte alsmaar aan. Zo blijkt althans op de internetsites. Het moet zijn dat het verplicht thuisblijven de inspiratie van al dan niet ingewijde dichters en schrijvers prikkelt en hun pennen scherpt. Ook ereburger en dichter Maurits van Liedekerke wordt uit dichtenmiddens fel gesolliciteerd om mee te werken aan  de ene of andere gedichtencarrousel. Gezien de hoeveelheid verzoeken vindt hij het evenwel  moeilijk die éne te bevoordelen en alle anderen te ontgoochelen. 

“In deze woelige tijden nog meer dan anders heeft dichten voor mij ook een therapeutische werking. In een gedicht schrijf je over gevoelens, ook over negatieve gevoelens die je, ze zeggen het zo mooi, van je af schrijft. Je schrijft ze weg, vanuit je hoofd naar het papier. Schrijven is een manier om die gevoelens te verwerken, om ze te ordenen en om ze een plekje te geven”.

Toch heeft ook Maurits nu de pen als krachtveld gebruikt om slapeloze nachten een volwaardige invulling te geven.
Nu ik de nacht in moet met zoveel vragen…
 
Met geknipte vleugels opgehokt, zie ik vanuit het raam
hoe vogels hun nesten bouwen zoals ze altijd deden
en eeuwig zullen doen.
Eksters hoog in berken, ’t klein grut in kastjes in de lijsterbes. 
Hoe bloesems uitbundig blinken en bijen dansend metselen
hun hotelkamers dicht.
Ze herinneren mij aan huis en haard,
de enige plek waar we veilig zijn.
 
Ik zing een toontje lager nu, zwijg meer dan mij lief is.
En bedenk hoe mannen en vrouwen in ziekenhuiswit
de ongenode gast - die covid-19 is - uit kamers bannen
en levens redden, elke dag wat meer.
Ik buig het hoofd zoals men voor ware helden doet.                                                   .
 
Mij rest niets meer dan werkeloos staren, de doden tellen.
Opgelucht horen dat mensen ook genezen zijn
- gered, gereed om weer volop te leven.
Ach, wat leer ik meer uit eindeloos tv-krakeel
van zij die denken het te weten?  
 
Gelukkig zijn er kinderen, ze komen aan het gesloten raam
en gooien kusjes, tonen hun gekleurde wensen.
Hun glimlach: mijn medicijn. Ze keren morgen weer. 
 
Raken wij elkaar nog ooit aan zoals we altijd deden?
Of worden handjeklap, omhelzen, geef-mij-de vijf verleden tijd?
Blijft het bij wat afstandelijk zwaaien, vuistgetik, ellenbogengroet?
Verdwijnt de kus voorgoed?
Alsof het Judas zelve ware die zich heeft gemoeid. 
 
Is het waar dat mensen nooit meer zullen zijn wie ze waren?
En mag ik morgen blijven wie ik gisteren was?
Nu ik de nacht in moet met zoveel vragen…
 
Maurits van Liedekerke
Delen op FacebookDelen op TwitterDelen op GoogleDelen op DeliciousDelen op DiggDelen op StumbleuponEmail ditMeer...
 
03 mei 2020
Godelieve Deschuyffeleer
© Deschuyffeleer
 
 
 
Terug
 

Meer Nieuws

Commerciële partners, advertenties en vacatures

archief