GERAARDSBERGEN - Merkwaardig museum in gerestaureerde Mertensmolen

C21

GERAARDSBERGEN - Merkwaardig museum in gerestaureerde Mertensmolen

Mertensmolen_museum__t_aloam_-___deschuyffeleer__3_
Het molencomplex is thans de eigendom van Herman Merckaert (71) , een aannemer en verzamelaar uit Geraardsbergen - Foto's © Deschuyffeleer
 
Mertensmolen_museum__t_aloam_-___deschuyffeleer__26_
De Mertensmolen vandaag - © Deschuyffeleer
Mertensmolen_museum__t_aloam_-___deschuyffeleer__27_
De Mertensmolen vandaag - © Deschuyffeleer
Fotocollage__t_aloam__-____deschuyffeleer
Zo kregen zowel de hoefsmid als de smid, de houtbewerker, de klompenmaker, de schoenmaker, de steenkapper, de sigarenmaken, de hoedenmaker, de kuiper, de loodgieter, de beenhouwer en de strovlechter allemaal een plaatsje toebedeeld Fotocollage © Deschuyffeleer
 
Mertensmolen_museum__t_aloam_-___deschuyffeleer__10_
De molensteen - © Deschuyffeeleer
 
Mertensmolen_museum__t_aloam_-___deschuyffeleer__13_
't Schooltje - © Deschuyffeleer
 

In de gerestaureerde Mertensmolen, thans een turbine watermolen op de Mark in Viane op de grens met het Pajottenland, huist sinds enige tijd het opvallend en leerrijk museum ’t Aloam. De molen zelf bleef in werking van 1293 tot 1992. Het molencomplex is thans de eigendom van Herman Merckaert (71) , een aannemer en verzamelaar uit Geraardsbergen, die het heropbouwde en het inrichtte als museum van oude gebruiksvoorwerpen. Het merkwaardig en zeer aantrekkelijk museum is te bezoeken op afspraak. Herman is er gastheer en gids.

Klarissen
Volgens de huidige eigenaar gaat de geschiedenis van de molen terug naar de Abdij van de Klarissen van Gentbrugge. Zij zouden die grond gekocht hebben van Geraard, Heer van Viane en Ophasselt, om er een olieslagmolen op te zetten. In het rijtje van opeenvolgende eigenaars figureert ook graaf Lamoraal van Egmond, heer van Hoog- en Aartswoud, Baer, Fiennes, Zottegem, Armentières en Auxy en de eerste prins van Gavere. Zijn sympathie voor de Spaanse koning kostte hem het leven (1568) en al zijn bezittingen werden aangeslagen ten voordele van de Spaanse kroon.

Vele decennia later komt de molen in het bezit van de Franse adellijke familie Blondel de Beauregard. Het is in 1920 dat de weduwe van Alphonse-Marie-Ernest de Blondel de Beauregard de molen verkoopt aan Pierre Driscart, een afstammeling van een bekende molenaarsfamilie uit de streek met zo ook familiale bindingen met de nog bestaande Driscartmolen in Galmaarden. Broer en zus Victor Driscart (1892-1964) en  Maria (1898-1990) huwden respectievelijk zus en broer Marta Mertens (1902-1952) en Karel (1900-1977), ook een familie met molenaarsbloed in de aderen.
Industriële maalderij
Beide echtparen wisten mettertijd de onderneming Meunerie & Cylindres Victor Driscart et Charles Mertens uit te bouwen tot een industriële maalderij. De verdere modernisering van het machinepark in de maalderij eiste echter steeds opnieuw meer zware investeringen terwijl het rendement daalde. Vooral door een gebrek aan opvolging besloot Charles Mertens in juli 1992 dan ook te stoppen met het bedrijf.
Het hele complex met een zwaar bakstenen gebouw van vier bouwlagen onder zadeldaken stond dan een aantal jaren te koop. Door een brand in de graansilo waarbij het dak instortte en de leegstand begon verkommerde het complex zienderogen. Tot een zeer gedreven Herman Merckaert met de restauratie begon.
Museum
Het ruim twintig meter hoge silogebouw werd inmiddels hersteld, kreeg zes tussenverdiepingen en werd ingericht als een museum. Zo staat in de kelder van de graanopslagplaats een imposante Deutzmotor uit 1924. Het tuig is na vier maanden intensief sleutelen opnieuw in bedrijf. Vroeger dreef het de machines aan die in de silo onder meer het graan verplaatsten, wogen en kuisten.
De inhuldiging vond plaats op 1 juli 2006. Het lovenswaardig privé-initiatief van de nieuwe eigenaar redde zo de Mertensmolen van de ondergang.
Naast de gerestaureerde oude molen, de originele molenaarswoning en het oude klaslokaaltje uit 1900 is in het museum ook ruimte gemaakt voor de expositie van benodigdheden van oude en vergane beroepen. Zo kregen zowel de hoefsmid als de smid, de houtbewerker, de klompenmaker, de schoenmaker, de steenkapper, de sigarenmaken, de hoedenmaker, de kuiper, de loodgieter, de beenhouwer en de strovlechter allemaal een plaatsje toebedeeld. Vanaf september wordt het aanbod uitgebreid met een ruimte voor de geschiedenis van de drukkerij vanaf eind 19de eeuw.
Het museum ’t Aloam en de Oude Mertensmolen zijn gevestigd aan de Edingseweg 401. Het complex is te bezoeken op afspraak (0475/36 70 62). De inkom bedraagt 3 euro. Op aanvraag is er voor schoolklassen en kindergroepen ook mogelijkheid een leerrijke schoolles te krijgen zoals vroeger van Liesbeth Punnewaert, een echte schooljuf.
Delen op FacebookDelen op TwitterDelen op GoogleDelen op DeliciousDelen op DiggDelen op StumbleuponEmail ditMeer...
 
23 jul 2011
Godelieve Deschuyffeleer
GDG Deschuyffeleer
 
 
 
Terug
 

Meer Nieuws

Commerciële partners, advertenties en vacatures
Marc Colpaert | 26 feb 2024

archief