TERNAT - Een ruimtelijk uitvoeringsplan voor De Marie
De in 1964 ontstane zaak van bouwmaterialen De Marie vroeg onlangs een planologisch attest aan voor de 4,2 ha grote site gelegen tussen Bodegemstraat, Reukenstraat en Gemeentehuisstraat. De zaak ontwikkelde zich voor zijn opslagruimten vooral zonevreemd in landbouw- en zelfs natuurgebied. Ook de toonzalen in de Bodegemstraat zijn deels zonevreemd.
Een planologisch attest geeft aan of een bestaand bedrijf al dan niet kan worden behouden op de plaats waar het is gevestigd, op korte en lange termijn. Het attest geeft ook de ontwikkelingsmogelijkheden voor het bedrijf aan. Belangrijk is dat bij afgifte van een attest de overheid zich uitspreekt over de mogelijkheid van een wijziging van de plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen om tegemoet te komen aan de wensen van het bedrijf. De regeling bestaat al sinds 1999, en werd eerder al gewijzigd in 2002. Bij die wijziging werd onder meer een bepaling ingelast die toelaat om na afgifte van een positief planologisch attest, ondanks het feit dat de plannen op dat moment nog niet effectief gewijzigd zijn, aan het betrokken bedrijf al een vergunning te geven om aan korte termijnbehoeften tegemoet te komen.
Enkel bedrijven die hoofdzakelijk vergund zijn kunnen op de regeling een beroep doen. Door het feit dat dat voor De Marie niet het geval was kreeg het bedrijf ook geen planologisch attest van de Vlaamse overheid. Om toch nog uit de problemen te geraken vroeg het bedrijf aan de gemeente Ternat om een Ruimtelijk Uitvoeringsplan op te maken. Dat moet de in het gewestplan voorziene bodembestemmingen landbouw- en natuurgebied aanpassen aan de noden van het bedrijf en tegelijk regels opstellen voor de verdere ontwikkeling ervan.
Dinsdag kwam het bedrijf zijn visie voorstellen aan de gemeenteraadscommissie Ruimtelijke Ordening, een openbare commissie waarop ook heel wat omwonenden als toeschouwer aanwezig waren. Die omwonenden zullen in een volgende fase hun visie aan het gemeentebestuur kunnen meedelen.
Een studiebureau van het bedrijf gaf een overzicht van de bestaande toestand en vertolkte hoe het bedrijf de toekomstige toestand ziet.
Uitgangspunt was dat het gaat om een handelszaak, wat is toegelaten in de woonzone (waarin de toonzalen zich grotendeels bevinden) en niet toegelaten in een industrie- of bedrijvenzone omdat het weinig eigen productie heeft: enkel een steenzagerij en een mortelcentrale. Het bedrijf wil niet worden opgedeeld in een gedeelte dat geen overlast bezorgt (de toonzalen) en anderzijds een afhaalplaats voor materialen die beter op een bedrijvenzone of een zone voor grootschalige kleinhandel zoals de voormalige IKEA site, thuishoren.
Volgens het bedrijf is er weinig overlast van aan- en afrijdende vrachtwagens en is dat verkeer beperkt tussen 7 en 18 uur. Toch krijgt de gemeente klachten van snel en zwaar verkeer in de Keizerstraat en Bodegemstraat vanaf 4 uur 's morgens.
Als compensatie voor het verdwijnen van de landbouw- en natuurzone zou het bedrijf elders gronden opkopen en omzetten in landbouw- en natuurgebied. Om de geluids- en stofhinder te beperken zouden stapel- en verwerkingsruimtes worden afgesloten. De ingangen ervan zouden niet naar de omringende bewoning gekeerd mogen zijn. Het bedrijf wil ook een groene bufferzone omheen de site aanbrengen
In een volgende fase moeten de omwonenden (waarvan er ook twaalf in het publiek zaten) hun visie kunnen weergeven op een hoorzitting. Op basis van de standpunten van bedrijf en omwonenden en verder onderzoek moet een door het gemeentebestuur aangesteld studiebureau dan een Ruimtelijk Uitvoeringsplan opstellen, dat door provincie en gewest moeten goedgekeurd worden en waartegen nog beroepsmogelijkheden zijn voor de belanghebbenden. Onlangs werd het RUP De Meuter nog door de Raad van State vernietigd na klacht van een omwonende.
