Ludo Stynen publiceerde eind 2017 een biografie over de in Wambeek geboren Pol de Mont (1857-1931), die zijn bekendheid vooral te danken had aan zijn uitzonderlijk redenaarstalent. Hij was behalve dichter, leraar, folklorist, kunstcriticus, conservator, journalist tevens een internationaal netwerker, die zich vooral inzette voor de verspreiding van de Vlaamse cultuur.
Na zijn middelbare studies aan het kleinseminarie in Mechelen laat de Mont zich inschrijven als student rechten in Leuven. Al vrij vlug blijkt dat het studeren hem niet zo goed afgaat, al was het maar omdat hij met bepaalde professoren niet kan opschieten. Zijn ambitie ligt elders: hij wil kunstenaar worden en strijden voor de Vlaamse zaak. Omdat hij echter trouwplannen heeft, gaat hij op zoek naar een passende job. Hij neemt Hendrik Conscience in vertrouwen en vraagt hem om hulp. Korte tijd later wordt hij als leraar Nederlands aangesteld in het atheneum van Doornik. Daaruit blijkt al dat hij niet meer gelovig was, Wat latersluit hij zich aan bij de loge, waar hij een kritische houding aanneemt. De ware vrijdenker is volgens hem een agnosticus die zich tolerant gedraagt tegenover het geweten van de ander.
Nadat hem voor zijn bundel 'Gedichten' de Vijfjaarlijkse Staatsprijs - ten nadele van Gezelle en Rosalie en Virginie Loveling - wordt toegekend, is hij een aanspreekpunt voor aanstormend talent. Zo zoekt de jonge Hélène Swarth contact met de Mont, die haar adviseert niet in het Frans, maar in het Nederlands te schrijven. Gaandeweg ontstaat er een langdurige relatie en correspondentie tussen beiden. Omdat Swarth na verloop van tijd alle brieven verbrandt, is het gissen hoe intens hun relatie is geweest.
Na Doornik krijgt hij een onderwijsopdracht aan het atheneum in Antwerpen, waar hij na een jarenlange carrière in 1904 als conservator van het Museum voor Schone Kunsten wordt aangesteld. Hij wordt er als gevolg van een perscampagne, waarin hij van activistische activiteiten tijdens WO I wordt beschuldigd, in 1919 tot ontslag gedwongen. Op advies van Herman van Puymbrouck, een oud-leerling, klopt hij ten slotte aan bij de krant Het Vaderland - voorloper van De Schelde, een pluralistische vlaams-nationalistische krant, die daarna zou geleid worden door Herman Vos, die bij de splitsing van de Frontpartij koos voor de socialistische partij - om er hoofdredacteur te worden. Hij mag er Paul Van Ostaijen, Burssens en Alice Nahon tot zijn medewerkers rekenen. Nadat in 1923 een einde komt aan zijn hoofdredacteurschap, levert hij als freelancer nog heel wat bijdragen over kunst en cultuur. De rest van zijn tijd spendeert hij aan buitenlandse reizen, om uiteindelijk in juni 1931 aan de gevolgen van een opengebarsten maagzweer en een buikvliesontsteking in een Berlijns ziekenhuis te overlijden.
Ludo Stynen heeft met 'Pol de Mont. Een tragisch schrijversleven' een opvallend gedetailleerde biografie over een bevlogen man afgeleverd. Een publicatie waarin niet alleen de verdiensten van Pol de Mont, maar evenzeer de mens - een notoir liefhebber van jong vrouwelijk schoon - uitvoerig wordt belicht, zegt Karel Alleene in Cutting Edge - 29 november 2017.
Zoon van Wambeekse gemeentesecretaris